Berichten

Actuele rechtspraak 14 april 2017 :Afstorting pensioen na scheiding

Afstorting pensioen na scheiding. Onvoldoende kapitaal moet evenredig verdeeld worden. Het kapitaal moet voldoende zijn om en de pensioenaanspraak van de ene echtgenoot af te storten en de aanspraak van de andere echtgenoot te dekken, berekend naar de commerciële waarde.

Indien op het tijdstip van scheiding onvoldoende kapitaal aanwezig is om én het aandeel van de tot verevening gerechtigde echtgenoot af te storten, waaronder begrepen de meerkosten om na afstorting tot dezelfde pensioenuitkering te komen als waarop deze zonder afstorting aanspraak had kunnen maken, én voldoende kapitaal in de vennootschap achter te laten om (opnieuw naar commerciële waarde berekend) de met het aandeel van de tot verevening verplichte echtgenoot corresponderende pensioenaanspraak te dekken, zal het tekort in beginsel moeten worden gedeeld, evenredig met de verhouding waartoe de verevening overeenkomstig art. 3 lid 1 WVPS leidt. Alleen aldus wordt immers voldoende recht gedaan aan het hiervoor in 3.4.2 en 3.4.4 vermelde uitgangspunt dat de aanspraken van partijen (zoveel mogelijk) in dezelfde mate zijn verzekerd.

Hoge Raad 14 april 2017, ECLI:NL:HR:2017:693

 

Actuele rechtspraak 15 maart 2017: Geef afstortingsplicht pensioen na scheiding want B.V. heeft geen middelen.

Geef afstortingsplicht pensioen na scheiding want B.V. heeft geen middelen. Geen persoonlijke aansprakelijk (geen persoonlijk ernstig verwijt). Lostverbondenheid gaat niet zover dat de man het na huwelijk opgebouwde pensioen moet delen in de omstandigheid dat er geen middelen zijn het tijdens huwelijk opgebouwde pensioen te betalen

Rechtbank Rotterdam 15 maart 2017, ECLI:NL:RBROT:2017:2456

Actuele rechtspraak week 4 juli 2016

GEEN AFSTORTING PENSIOEN DGA BIJ SCHEIDING.

De vrouw heeft pensioen in eigen beheer opgebouwd. In het kader van de scheiding worden de aandelen van de B.V. aan de man toebedeeld. Daarop vordert de vrouw afstorting van het in eigen beheer opgebouwde pensioen. Het gaat hier niet om door de man opgebouwd pensioen dat hij moet verevenen, zodat de afstortingsrechtspraak van de Hoge Raad niet van toepassing is.

Hof Amsterdam 21 juni 2016, ECLI:NL:GHAMS:2016:2364

 

Zie ook: Afstortingsverplichting