Fusie verplichte BPF ‘en

Met de brief van 22 december 2016 [kamerstuk 32043, nr. 351] informeert de staatssecretaris van SZW de Kamer over de randvoorwaarden die het kabinet voorstaat om fusies tussen verplichtgestelde bedrijfstakpensioenfondsen met tijdelijk afgescheiden vermogens mogelijk te maken. Dit zou door wetswijziging per 1 januari 2018 mogelijk moeten worden. De genoemde randvoorwaarden zijn er negen:

1. Het fusieplan moet een aantal specifieke elementen bevatten en, samen met de financiële en bedrijfsmatige opzet van het nieuwe fonds, voorafgaand aan de fusie aan DNB worden voorgelegd ter goedkeuring: DNB beschikt over bevoegdheden om een verbod op te leggen tot liquidatie of collectieve waardeoverdracht op grond van prudentiële overwegingen.

2. Verplichtgestelde bedrijfstakpensioenfondsen mogen tijdelijk financieel afgescheiden vermogens aanhouden:

3. Deze mogelijkheid om tijdelijk afgescheiden vermogens aan te houden wordt wettelijk beperkt tot 3 verplichtgestelde bedrijfstakpensioenfondsen: Een fusie kan plaatsvinden tussen maximaal drie verplichtgestelde bedrijfstakpensioenfondsen. Uitbreiding van de verplichtstelling tijdens de periode waarin tijdelijk afgescheiden vermogens worden aangehouden wordt niet.

4. Er is sprake van een duidelijke samenhang tussen de bedrijfstakken van de fuserende verplichtgestelde bedrijfstakpensioenfondsen:

5. Vrijwillige aansluitingen worden tijdelijk beperkt.

6. Geen verdere afscheiding pensioenvermogens.

7. Er is een fusievermogen.

8. Er is een goederenrechterlijke scheiding van vermogens.

9. Er is een rangregeling.

Waardeoverdracht naar een APF

De staatssecretaris van SZW ziet geen reden de regels voor waardeoverdracht naar een APF aan te passen. Er moet ook met die waardeoverdracht rekening worden gehouden met de individuele belangen van pensioenaanspraakgerechtigden.

Zie Kamerbrief van 14 april 2016

 

Kijk hier voor meer informatie over het Algemeen Pensioenfonds

 

Per 1 januari 2016 invoering Wet algemeen pensioenfonds (Apf)

Per 1 januari 2016 wordt het algemeen pensioenfonds (APF) geïntroduceerd. Dit fonds maakt een nieuwe bundeling van verschillende pensioenregelingen mogelijk. Hierdoor kunnen allerlei voordelen worden gerealiseerd in het belang van deelnemers, zoals het beperken van bestuurlijke lasten, vermogensbeheer- en uitvoeringskosten. De Eerste Kamer stemde met een zeer ruime meerderheid in met een wetsvoorstel van staatssecretaris Klijnsma. Staatssecretaris Klijnsma is blij met de brede steun: “Sociale partners krijgen hiermee de mogelijkheid om een pensioenregeling van hun werknemers op een nieuwe manier onder te brengen. Vooral middelgrote en kleinere pensioenfondsen kunnen, gezien hun beperkte omvang, profijt hebben van de voordelen die het algemeen pensioenfonds biedt.’’

Een APF kan verschillende pensioenregelingen uitvoeren met gescheiden vermogens. Het bestuur is, net als in elk ander pensioenfonds, verantwoordelijk voor een evenwichtige belangenafweging van alle betrokken partijen. Steeds meer pensioenfondsen zijn op zoek naar een groter collectief om zich bij aan te sluiten. In de afgelopen jaren is het aantal pensioenfondsen sterk gedaald. Uit de laatste kwartaalcijfers blijkt dat er momenteel 329 pensioenfondsen zijn. Dat waren er in 1999 nog ruim duizend. De verwachting is dat het aantal fondsen in de loop van 2016 verder daalt, mede door de komst van het APF. De vraag is of dit laatste inderdaad de ontwikkeling gaat versnellen.

Wijzigingen Pensioenwet met Verzamelwet SZW 2017
Deze wet is op 19 december 2017 aangenomen door de Eerste Kamer en zal naar verwachting 1 januari 2018 in werking treding. De wijzigingen in de Pensioenwet zijn in art. I van de wet aangegeven (Kamerstuk 34674).
Het belangrijkste punt voor het Apf is:

1. Uitvoeringsreglement beëindigde pensioenregeling en het algemeen pensioenfonds

Bij een gesloten fonds vindt geen opbouw van pensioenaanspraken meer plaats. Voor gesloten fondsen (beëindigde pensioenregelingen) waarvan de onderneming van de werkgever heeft opgehouden te bestaan, kan bij overgang naar een algemeen pensioenfonds geen uitvoeringsovereenkomst worden gesloten. In artikel 23a van de Pensioenwet is geregeld dat het algemeen pensioenfonds in die situatie een uitvoeringsreglement vaststelt. Voorgesteld wordt dit mogelijk te maken voor alle gesloten fondsen. In het belang van de deelnemers in het gesloten fonds, acht de regering het wenselijk onderbrenging van de beëindigde regeling bij een algemeen pensioenfonds altijd mogelijk te maken.